Dit zijn mijn ogen: de plataan die metershoog boven het Scheepjeshof
zijn verhalen over het plein ritselt, de kleine winkeltjes
die geen nut, maar wel tot vreugde roepen, koop er je etenswaar en neem plaats
op een van de vele bankjes, of alleenstaande stoelen. Je kunt solo, maar
knus bij elkaar mag ook. Zie de kleintjes met hun speeltjes, slepend door het zand, de tollen
die je voor de ogen tollen, de ballen die het strand afrollen. De vrouwen
met hun bolle buiken, met mini mensjes aan de hand. Zie het, met mijn ogen; Dit Veenendaal aan zee.
Bij avond galmen stemmen, kaatsen tegen het strandpaviljoen. Zie de man met de stok
en de dikke pil onder de arm, zie de jongens met hun skateboarden, hoor de mensen praten, de zuigelingen huilen,
zie de kinderen moe van al het spelen, slapend in het zand. Hier komt men naartoe
om te ont-moeten. Zuig de zeelucht in je longen, voer de meeuwen moddervet, droom van levens die elkaar niet passeren,
maar elkaars paden kruisen. Ontmoet en spreek de waarheid, woorden zijn al ontoereikend, veel
te overschat, maar niet als we spreken vanuit het hart. Zing een liedje tot de baby’s slapen, de zee een spiegel is
van verborgen verlangens en de stilte opstijgt uit het zand, dat zwijgend op gevallen woorden kauwt.
© Joyce Willemse
Stadsdichter 2015-2016
Gedicht geschreven in opdracht van Sanne Heymann, voor de film die zij maakte samen met Sander Reijerse, uit naam van het Architectuurcentrum Veenendaal – die gemaakt werd voor de Dag van de Architectuur. De Stadsdichter werd in de film geïnterviewd, droeg het gedicht voor en figureerde. Vertoon film: 9 september 2016 in Spectrum.