Elke ochtend ruik ik ze al,
met mijn hoofd nog op mijn kussen
als ik wakker word.
Tijdens het douchen denk ik:
“ach daar moet ik zo weer tussen”.
Mijn eerste stappen op de straat,
lekker rustig, nog niets te zien,
maar als het zonnetje hoger gaat,
komen ze in drommen aangelopen
en hebben ze, klaarblijkelijk bovendien
allemaal de behoefte gehad
om dezelfde telefoon te kopen
die ze gisteren in een filmpje
op Facebook of TikTok hebben gezien.
Je zou ze naar een andere wereld wensen,
de gewone mensen!
Met gewone oortjes in hun oren,
gewoon het hoofd altijd strak naar beneden.
“Goedemiddag”, mompel terug,
mond op standje ontevreden.
Vieze vingers tikken vlug,
hoe ze het altijd beter weten,
ik wil nu naar bed terug,
en deze toestand snel vergeten.
Gewoon is zo gewoon, niet waar,
zo doodgewoon gewoon en saai.
Ik zet door, naar ‘t werk toegaan,
en doen wat ze daar van mij vragen;
en terwijl ik luister naar de woorden van mijn baas,
hoor ik ze in grote groepen klagen;
“het is niet goed”, “die heeft het beter”,
“..en de hoge heren van hierboven,
interesseert het geen ene meter”.
Ik kan niet vluchten,
ze zijn hier ook op het werk
De gewone mensen!
wel tien, twintig, dertig man sterk
Met gewone koffie in een mok op het bureau
“Slecht weer, och wat een slecht weer vandaag”
Gewoon samen in een hok,
naar wat cijfers kijken enzo.
En bij elke vraag,
altijd dat geklaag.
ik kan er echt niet meer tegen.
Gewoon is te gewoon, niet waar.
Zo doodgewoon gewoon.
Ik kan er verstandelijk niet bij
en voel mij soms een beetje raar.
Maar gewoon is zo gewoon gewoon,
gewoon-gewoon, gewoon!
Was er maar meer optimisme,
of vriendelijke gebaren,
ik wou soms dat er meer
met een kinderlijke mindset waren
was er maar meer gelach,
oprechte dankbaarheid
was er maar meer ‘genieten’,
meer hoop
vooral in deze donkere tijd
dan raak ook ik graag mijn gewoontes kwijt.
Wilco van Doorn
Geschreven ter ere van 30 jaar Buitenzorg